woensdag 13 mei 2015

waarom schrijf ik eigenlijk al die blogs?

Toen ik laatst een blog van prof. Martijn Katan las moest ik even bij mezelf te rade gaan. Katan vraagt zich af waarom hij in de krant schrijft, of dat uit ijdelheid is, uit de behoefte om te entertainen, of om de waarheid te verkondigen? De hoofdzaak van mijn werk is processen begeleiden, trainen en coachen. Waarom wil ik dan eigenlijk blogs schrijven?

Katan stelt dat hij eigenlijk vooral zélf wil weten hoe dingen nu zitten, en dat hij dat doet door wetenschappelijke artikelen te lezen, de essentie daaruit te pikken en die vervolgens levendig, helder en duidelijk op te schrijven. Ik realiseerde me dat dat voor mij ook geldt: ik kom zo veel interessante zaken tegen waarvan ik méér wil weten, die ik nog beter wil snappen!  Als trainer vind ik ook dat ik boven de stof moet staan; ik moet er kritisch over hebben nagedacht, en hebben onderzocht of en hoe ik de theorie kan toepassen op mijn diverse situaties. Zoals Katan het zo mooi verwoordde: ' tijdens die moeizame pogingen om dat voor u op te schrijven groeit mijn eigen inzicht. Zo leer ik zelf nog het meest van mijn stukjes. Ik schrijf in de krant om mezelf te dwingen een onderwerp te doordenken, als sport dus, en een beetje uit ijdelheid. Maar stiekem hoop ik toch dat u er iets van leert'

Dus ja, waarom schrijf ik eigenlijk al die blogs? Dankzij Katan weet ik het nu beter: Enerzijds om mezelf te dwingen zaken nog beter te snappen, en anderzijds omdat ik diep in mijn hart een docent ben.

En met betrekking tot de amusementswaarde: Katan stelt dat zijn columns dienen om iets uit te leggen, iets te leren, maar dat ze daarnaast ook  leuk moeten zijn om te lezen. Ik kan alleen maar hopen dat dat voor mijn blogs ook geldt.

bron: http://www.mkatan.nl/columns-en-kranten/nrc-columns/517-stiekem-ben-ik-een-docent.html 

maandag 11 mei 2015

perfectie bestaat niet

Laat ik maar beginnen met de essentie: een van mijn grootste valkuilen is perfectionisme.
Wat was het dan ook heerlijk om een interview * met Carl Maes, hoofdcoach bij de tennis academie van Kim Clijsters te lezen.

3 van zijn opmerkingen waren zo raak dat ik ze graag aan alle perfectionisten in de wereld zou willen meegeven, omdat ze zo mooi vanuit tennis naar het gewone leven te vertalen zijn:

  • Als je 10 wedstrijden speelt, dan zitten er twee heel hele goede en twee dramatische tussen. Die twee goede en twee slechte gaan echter niet jouw carrière bepalen. Het zijn die zes wedstrijden die je speelt in het midden die bepalen of je de top haalt.
  • In je beste wedstrijd ooit zul je misschien nog steeds 45% van de punten verliezen, en dat is normaal!
  • Zelfs als je top 50 van de wereld staat verlies je nog steeds ongeveer evenveel wedstrijden als dat je wint.
Nog meer weten over perfectionisme,
kijk eens naar een TEDtalk van Kathryn Schulz of Brené Brown,
of lees Browns boek: De moed van Imperfectie














* bron: Tennis.nl Magazine

woensdag 6 mei 2015

community als behoefte

Deze blog maakt deel uit van een dialoog tussen Roy Pype, architect en Ellen Schiffeleers van Barcavela.

Beste Roy,

Je vroeg mij naar mijn overtuiging over de kracht van community-building rondom scienceparks.
Graag beantwoord ik deze vraag aan de hand van de piramide van Maslow. Abraham Maslow rangschikte in 1943 de volgens hem universele fundamentele behoeften van de mens in deze hiërarchie. Volgens zijn theorie zou de mens pas streven naar bevrediging van de behoeften die hoger in de hiërarchie geplaatst zijn nadat de lager geplaatste behoeften bevredigd zijn. Niet-bevrediging van deze fundamentele behoeften zou  leiden tot een vermindering van de volle menselijkheid en tot blokkering van de menselijke mogelijkheden. Merk overigens op dat de behoefte aan zelfontplooiing volgens Maslow niet fundamenteel is: De mens kan zichzelf pas verwezenlijken (groeien) als hij de fundamentele behoeften minimaal bevredigd heeft.


behoeftepiramide maslow











Ik zie dezelfde behoeften voor de bedrijven in een sciencepark:

Fysieke behoeften

Om te kunnen groeien moeten allereerst hun fysieke behoeften bevredigd worden: er zal gas, water, elektriciteit moeten zijn, stenen; kortom de hardware. Zonder deze eerste voorwaarde zal een bedrijf niet toekomen aan zelfontplooiing, maar het grootste gedeelte van de tijd en energie besteden aan zekerstellen van wat in de 3B-terminologie van Het Nieuwe Werken (Bricks, Bytes en Brains) wordt verstaan onder Bricks. Er ligt voor projectontwikkelaars, grondbeheerders en uiteraard ook voor architecten een belangrijke taak om deze eerste behoefte veilig te stellen.

Behoefte aan veiligheid en zekerheid

De tweede voorwaarde is dat er voldoende veiligheid en zekerheid zijn. Dit is een breed begrip, en loopt voor een bedrijf in een sciencepark van fysieke veiligheid tot dataveiligheid en bestaanszekerheid. Op het gebied van fysieke veiligheid kun je dan denken aan zaken als veilige gebouwen en laboratoriumveiligheid, een zaak voor architecten maar zeker ook voor de bedrijven zelf, en de mensen binnen deze bedrijven. Bij dataveiligheid denk ik aan betrouwbare data-verbindingen en aan privacy. Hier ligt een schone taak voor parkbeheerders en architecten.  Bij bestaanszekerheid gaat het volgens mij zaken als tot zekerstellen van kapitaal, van menselijk kapitaal  en van IP.  Bricks, Bytes en Brains zijn dan allen veilig.  Hier zouden parkbeheerders goed kunnen ondersteunen door een serviceboulevard aan te bieden, met bijvoorbeeld  juridische, fiscale, HR en IP ondersteuning.

Behoefte aan sociaal contact

Als de gebouwen staan, en een aantal randvoorwaarden rondom veiligheid en zekerheid zijn gecreëerd, is het zaak om aandacht te besteden aan het sociale contact. Voor mensen geldt dat zij sociale wezens zijn en anderen nodig hebben om tot volle wasdom te komen, en daarvan afgeleid zou ik willen stellen dat bedrijven zijn opgebouwd uit mensen, en dat sociale interactie voor bedrijven nodig is om tot volle bloei te komen. Voor een individuele mens zou dit sociale contact beperkt kunnen zijn tot bedrijfsintern contact, maar voor een bedrijf op een sciencepark is interactie met andere bedrijven essentieel. Ontmoeten is hier het kernwoord. Deze ontmoeting zou moeten worden aangemoedigd, en kan worden gefaciliteerd door het creëren van ontmoetingsplekken (fysieke indeling van de ruimte), maar zeker ook door het opzetten van activiteiten en gelegenheden waarbij mensen en bedrijven elkaar ontmoeten.  Een schone en gezamenlijke taak van architecten en parkbeheerders in de vorm van communitymanagers.

Behoefte aan waardering en erkenning 

De behoefte aan waardering en erkenning geldt voor bedrijven net als voor mensen: zowel bedrijven als mensen hechten aan de status in sociaal verband en willen de competentie en het aanzien in groepsverband verhogen. Hier is de community onontbeerlijk: je kunt pas gewaardeerd en erkend worden als anderen je eerst kennen. Bedrijven kunnen deze behoefte aan waardering en erkenning vervullen door zich te profileren met hun bedrijf, hun proces of hun product. Dit faciliteren is weer een heel mooie mogelijkheid voor  parkbeheerders in hun rol als communitymanagers. Communitymanagers kunnen ook inspelen op de persoonlijke behoefte aan waardering en erkenning van individuen, door diensten aan te bieden die niet direct terug te voeren zijn op BtB ondersteuning, maar inspelen op de menselijke behoeften, zoals bijvoorbeeld nabijheid van winkels, banken of kinderopvang.

Concluderend

Terugkomend op jouw vraag naar de kracht van communitybuilding op science parks denk ik dat deze kracht enorm is: De hogere fundamentele behoeften aan sociaal contact, waardering en erkenning kunnen worden vervuld door een ondersteunende en uitdagende community. Het heeft geen zin om in te zetten op community building als fysieke behoeften en de behoefte aan veiligheid en zekerheid niet zijn gegarandeerd, maar zodra deze lagere fundamentele behoeften voldoende zijn afgezekerd moet mijns inziens zeker worden geïnvesteerd in het bouwen van een community. Zoals Maslow stelt: niet-bevrediging van fundamentele behoeften zal leiden tot een vermindering van de volle mogelijkheden. Architecten en parkbeheerders kunnen samen de randvoorwaarden scheppen om bedrijven hun volle potentieel te laten bereiken.